Grijze kat die rent met een witte Weenect XS

Studie over de identificatie en het verlies van dieren

Welke identificatiemethoden gebruiken huisdiereigenaars? Zijn ze hun dier al eens kwijtgeraakt en hoe hebben ze het teruggevonden?

Enquête

Het weglopen en de identificatie van uw huisdier

Het Weenect-onderzoek heeft zich verdiept in de kennis van onze klanten over de identificatie van dieren en hun ervaringen met het verlies van hun huisdieren, met als doel antwoord te geven op verschillende kernvragen.

Steekproef

Om een volledig en nauwkeurig beeld te krijgen, is het onderzoek gebaseerd op een klantenenquête onder 1444 Franse, Belgische, Oostenrijkse, Zwitserse en Duitse Weenect-klanten, waarvan 846 hondenbezitters en 872 kattenbezitters. Zij hebben gedetailleerde informatie verstrekt over hun profiel, kennis, meningen en ervaringen met betrekking tot de identificatie en het verlies van hun dieren.
Dit maakte een diepgaand begrip mogelijk van het gebruik van identificatiediensten en de ervaringen rond het verlies van dieren, en biedt zo waardevolle inzichten in het gedrag en de verwachtingen van de respondenten.
NB: Deze enquête houdt ook rekening met dieren die zijn weggelopen vóórdat onze klanten onze trackers gebruikten.

Analyse

Belangrijkste inzichten van het onderzoek

Ontdek de gedetailleerde resultaten van ons onderzoek, aan de hand van een reeks inzichten die met grafieken worden geïllustreerd.

Inzicht nr. 1

De respondenten zijn goed op de hoogte van de werking van het identificatiesysteem.

Zij kennen de geldende wetgeving over de identificatie van dieren
Volgens ons onderzoek is 83,4% van de huisdiereigenaars zich bewust van de wettelijke verplichtingen met betrekking tot de identificatie van hun dieren in hun land.

Een goede kennis van de procedure voor het bijwerken van informatie
Onze studie toont aan dat 85,3% van de eigenaars zich bewust is van de noodzaak om informatie bij een verhuizing bij te werken.
We merken echter een kennistekort op bij mensen jonger dan 25 jaar: slechts 66,7% van hen is hiervan op de hoogte, tegenover meer dan 80% in de andere leeftijdsgroepen.
(zie de website van I-CAD).

Inzicht nr. 2

De microchip, de overheersende identificatiemethode

De meeste dieren hebben een microchip
94,2% van de dieren van de respondenten is geïdentificeerd met een microchip, wat deze methode tot de meest gebruikte maakt. Toch is minder dan 2% nog steeds niet geïdentificeerd.

Halsbanden met identificatieplaatjes zijn minder gebruikelijk
Iets meer dan de helft van de eigenaars (54,8%) geeft aan dat hun dier een halsband met een identificatieplaatje draagt. Dit cijfer varieert sterk naargelang het type dier: 61,9% van de katten draagt geen plaatje, tegenover slechts 27,9% van de honden.

Inzicht nr. 3

Bijna een derde van de eigenaars is zijn huisdier al eens kwijtgeraakt.

Het verlies van een huisdier: een veelvoorkomend verdriet
Uit ons onderzoek blijkt dat 30,2% van de respondenten hun huisdier al eens is kwijtgeraakt, met vergelijkbare cijfers voor katten (31,9%) en honden (28,4%).

Jonge dieren lopen meer risico
Jonge dieren, vooral die tussen 1 en 3 jaar, raken het vaakst zoek en vertegenwoordigen 49,3% van de vermiste dieren.

De geruststellende bijdrage van Weenect-trackers
De meerderheid van de eigenaars (85,6%) geeft aan zich geruster te voelen dankzij het gebruik van Weenect-trackers, wat hun doeltreffendheid aantoont bij het voorkomen en efficiënt beheren van deze stressvolle situaties.

Inzicht nr. 4

Weenect-trackers zijn de meest doeltreffende methode om een huisdier terug te vinden.

De Weenect XS: de meest gebruikte methode om een verloren huisdier terug te vinden
Uit ons onderzoek blijkt dat 21,8% van de eigenaars hun dier hebben teruggevonden dankzij de Weenect-tracker. Ook sociale media en identificatieplaatjes (beide 15,2%), affiches (14,4%) en het identificatiesysteem (13,3%) hebben geholpen. Een deel van de dieren is ook uit zichzelf teruggekeerd (11,6%).

De tracker wordt vaker gebruikt om honden terug te vinden
Honden worden vaker teruggevonden dankzij hun GPS-tracker (26,3%) of hun identificatieplaatje (25,5%). Katten worden eveneens vaak teruggevonden dankzij hun trackers (17,3%), maar ook via affiches in de straat (20,3%).

Inzicht nr. 5

Dieren worden vaak snel en dicht bij huis teruggevonden.

Tracker en identificatieplaatje: doeltreffend om een huisdier snel terug te vinden
Meer dan de helft van de verloren dieren (53,7%) wordt binnen enkele uren teruggevonden.
80,2% van de dieren met een Weenect-tracker en 84,6% met een identificatieplaatje worden binnen enkele uren teruggevonden, terwijl dieren die via affiches of sociale media worden opgespoord, vaak pas na enkele dagen terugkeren (60,3% en 39,7% respectievelijk).

De tijd om een dier terug te vinden hangt af van zijn profiel
De meeste honden (81,5%) worden binnen enkele uren teruggevonden, tegenover slechts 28% van de katten.
Onze studie toont ook aan dat dieren jonger dan één jaar meestal binnen enkele uren (59,7%) of dagen (34,7%) worden teruggevonden, terwijl dieren ouder dan zeven jaar vaker een week of langer wegblijven (24,6%).

Een korte afstand afgelegd tijdens de ontsnapping
De mediane afstand die dieren afleggen tijdens hun verdwijning bedraagt ongeveer 2 kilometer.

Conclusie van het onderzoek

Weenect: een oplossing om weglopen te voorkomen en je huisdier snel terug te vinden

Deze enquête bevestigt dat de meeste huisdiereigenaars goed op de hoogte zijn van de wettelijke verplichtingen rond identificatie, waarbij de microchip de voorkeursmethode blijft. Toch heeft bijna een derde van de respondenten hun dier al eens verloren — een angstaanjagende ervaring die het belang aantoont van doeltreffende oplossingen om een vermist huisdier snel terug te vinden.

De Weenect GPS-tracker komt naar voren als de meest effectieve methode om een dier terug te vinden, dankzij zijn realtime-lokalisatiefuncties. Bovendien spelen hulpmiddelen zoals veiligheidszones, die eigenaars waarschuwen zodra hun dier zich te ver verwijdert, een cruciale rol bij het voorkomen van weglopen.